Back Jerusalem Post
Jul. 18, 2002
EDITORIAL:

The Temple Mount: Truly ours?


Today is Tisha Be'av, the ninth day of the Hebrew month of Av, the saddest day on the Jewish
calendar. It marks the destruction of the First and Second Temples in Jerusalem, the ancient
demise of Jewish sovereignty and the dispersion of the people of Israel to the four corners of
the earth.
Throughout Jewish history the date has come to be associated with a range of national
disasters, from medieval expulsions and persecutions to the outbreak of World War I.
Accordingly, it is a day steeped in sorrow, one tradition says is to be spent in fasting and
remembrance.
For Israelis, the need for a national day of mourning has perhaps never been so self-evident.
After a lull of nearly three weeks, Tuesday's horrific terror attack in Emmanuel was a lethal
and painful reminder that Palestinian terror is still very much a threat, lying in wait for any
opportunity to kill and maim as many innocent Israelis as possible.
The central focus of the Tisha B'Av rituals, of course, concerns the Temple Mount, where
king Solomon's Temple once stood. Observant Jews pray for its rebuilding daily, and for
many Israelis the Mount itself symbolizes the historic return of the Jewish people to their
homeland. Indeed, the crowning moment of the Six Day War came when the crackling radio
blared the words "Har Habayit beyadenu!" (The Temple Mount is in Our Hands!") across the
airwaves, signifying the liberation of Judaism's holiest site.
The enthusiasm of the moment, however, was quickly diluted when defense minister Moshe
Dayan handed over the keys of the Mount to the Muslim Wakf. Worse still, in the intervening
years successive Israeli governments have demonstrated shameful apathy often outright
indifference to the Wakf's actions, doing little to prevent the wanton destruction of priceless
historical and archaeological artifacts.
As prominent archeologist Dr. Eilat Mazar, a leader of the Committee Against the Destruction
of Temple Mount Artifacts, noted the other day, the situation on the Mount is highly
precarious.
In an interview with Arutz Sheva, Mazar said, "The large-scale destruction of artifacts has
stopped and the trucks have stopped carting away tons of valuable debris, but the situation is
still bad: There is no supervision whatsoever on the Temple Mount. We have no way of
knowing what is going on underground in the large caverns, where the Wakf has been making
preparations to build and make major changes."
Even more worrisome, Mazar noted, are the effects of the Wakf's unsupervised work on the
structural stability of the site: "The Southern Wall is beginning to buckle because of the
changes they are making and nothing is being done about it. The Sharon government has
decided to ignore the matter, despite the critical importance of what is going on there."
Last year alone the Wakf was able to remove some 20,000 tons of debris uncovered during its
unlawful excavations, which reportedly included artifacts dating back to the First Temple
period. To date, charges have yet to be brought against anyone in the Wakf for these brazen
acts of defiance.
As Mazar put it: "Their stated goal is to turn the entire Temple Mount compound all 144
dunams of it into an active mosque. They are doing so, and no one is stopping it."
Sadly, the government continues to play into the Wakf's hands by acceding to its refusal to
allow non-Muslims to visit the Temple Mount or pray there. Though Israel justifiably prides
itself on its policy of freedom of access to the holy sites for members of all faiths, that policy
inexplicably does not seem to apply to Jews on the Temple Mount.
Leaving aside the halachic issues involved, it is simply unfathomable that Israel's government
should close off the Jewish people's holiest site and bar entry to Jews, all because of the
Wakf's intolerance and bigotry. It is an affront both to the rule of law and, as Tisha B'av
reminds us, to Jewish history as well.
It is time for the sound of Jewish prayer to return to the Temple Mount. Three decades of
inaction have allowed the Wakf to thumb its nose at Israeli rule, calling into question just who
is in charge on the Mount.
Interior Security Minister Uzi Landau courageously chose to shut down the offices of Al-
Quds University in Jerusalem last week because they were defying Israeli law and
sovereignty. One can only hope the government will awaken to the plight of the Temple
Mount as well, and act to restore Israel's control over it in the fullest sense of the word.


Jerusalem Post - editorial


De tempelberg: echt van ons?


Vandaag is het Tisja beAv, de negende dag van de Joodse maand Av, de droevigste dag op de
Joodse kalender. Het is de herdenking van de verwoesting van de Eerste en Tweede tempels
in Jeruzalem, het uiteenvallen van de Joodse soevereiniteit in oude tijden en de verspreiding
van het volk van Israel naar de vier hoeken van de aarde.

Door de hele Joodse geschiedenis is deze datum geassocieerd met vele nationale rampen, van
de middeleeuwse verbanningen en vervolgingen tot het uitbreken van de Eerste
Wereldoorlog.
Het is dus een dag die gedrenkt is in droefenis, er is een traditie die zegt dat hij al vastend en
herdenkend moet worden doorgebracht.

Voor Israelis is de noodzaak voor een nationale rouwdag misschien nog nooit zo
vanzelfsprekend geweest. Na een pauze van bijna drie weken was de afschuwelijke aanval op
Immanuel een dodelijke en pijnlijke geheugensteun dat Palestijnse terreur nog een heel grote
bedreiging vormt, alert op iedere kans om zoveel mogelijk onschuldige Israelis te vermoorden
en verminken.

Het centrale thema van de rituelen van Tisja beAv hebben natuurlijk betrekking op de
Tempelbergm waar de Tempel van koning Salomon eens stond. Orthodoxe Joden bidden
dagelijks voor de herbouw e rvan, en voor veel Israelis symboliseert de Berg zelf de
historische terugkeer van het Joodse volk naar het thuisland. Zo zelfs, dat het meest
indrukwekkende moment van de Zesdaagse Oorlog was, toen de krakende radio de
woorden:"Har habajit bejadenu!" (De Tempelberg is in onze handen) liet horen over de ether,
iets dat de bevrijding aanduidde van de heiligste plaats van het Jodendom.

Echter, het enthousiasme van het ogenblik werd al snel minder toen Minister van Defensie,
Moshe Dajan, de sleutels van de Berg overhandigde aan de Moslim Wakf. Erger nog, in de
jaren die volgden hebben de achtereenvolgende Israelische regeringen een beschamende
apathie aan de dag gelegd, en soms pure onverschilligheid betreffende de daden van de Wakf,
waarbij ze weinig deden om de systematische vernietiging te van onvervangbare historische
en archeologische schatten te voorkomen.

De beroemde archeoloog Dr. Eilat Mazar, leider van het Comite tegen de Vernietiging van
Schatten van de Tempelberg zei een dag geleden, dat de situatie op de Tempelberg in hoge
mate onstabiel is.

In een interview met Arutz Sheva zei Mazar: "De vernietiging op grote schaal van schatten is
gestopt en de vrachtwagens halen niet meer tonnen waardevol puin weg, maar de situatie is
nog slecht. Er is geen enkele manier om toe te zien op wat er gebeurt binnen grotten, waar de
Wakf bezig is met bouwrijp maken en grote wijzigingen aanbrengen."

Volgens Mazar is het nog zorgwekkender dat het werk dat de Wakf zonder toezicht doet, de
stabiliteit van het gebied aantast: "De zuidelijke muur begint in te storten door de
veranderingen die ze aanbrengen en daar wordt niets tegen gedaan. De regering van Sharon
heeft besloten om de zaak te negeren, ondanks het grote belang van wat daar gebeurt."

Vorig jaar alleen al kon de Wakf zo'n 20.000 ton puin weghalen dat het uit de grond haalde
bij de illegale opgravingen, waarbij duidelijk schatten waren die teruggaan tot de tijd van de
Eerste Tempel. Tot nu toe moeten er nog steeds aanklachten worden ingediend tegen leden
van de Wakf voor deze schaamteloze brutale daden.

Zoals Mazar zegt: "Ze zeggen openlijk dat hun doel is de hele Tempelberg, alle 144 hectare
tot een actieve moskee te maken. Ze zijn het aan het doen, en niemand stopt ze."

Helaas gaat de regering door met in de kaart van de Wakf te spelen door niets te doen tegen
hun weigering om niet-Moslims de Tempelberg te lataen bezoeken of te laten bidden.
Ofschoon Israel met recht trots is op haar politiek van vrijheid van toegang tot de heilige
plaatsen voor leden van alle religies, geldt deze politiek om de een of andere onduidelijke
reden niet voor Joden op de Tempelberg.

Als we de halachische reden die daarbij een rol speelt even negeren (er zijn graven op de
Tempelberg waarvan de ligging niet helemaal duidelijk is en Joden mogen niet over graven
lopen). Is het gewoon onvoorstelbaar dat de Israelische regering de heiligste Joodse plaats
verboden voor Joden verklaart, alleen omdat de Wakf zo onverdraagzaam is en racistisch. Het
is een belediging zowel voor het rechtsbestuur als voor de Joodse geschiedenis, zoals Tisja
beAv ons doet herinneren.

Het is tijd dat het geluid van Joods gebed op de Tempelberg gehoord wordt. Dertig jaar van
passiviteit hebben de Wakf in staat gesteld om zijn neus op te trekken voor Israelisch bestuur,
en dat roept de vraag op, wie er nu echt over de Berg heerst.